Spreektekst minister Van Veldhoven bij jaardiner VNPI, 27 november

27-11-2019
{0} reacties

‘In de petro-chemische sector vinden nog teveel incidenten of bijna incidenten plaats en er wordt te weinig geleerd van elkaars bijna-incidenten. Terwijl we allemaal vinden dat we met veiligheid niet kunnen concurreren!' Dat zegt minister Van Veldhoven bij het Jaardiner VNPI.

Beste mensen,

Allereerst veel dank voor deze uitnodiging. Inderdaad leuk om hier nu te zijn in déze functie. Dat ik de VNPI als Kamerlid in vorige edities van dit Jaardiner wel eens conservatief heb genoemd kan ik me echt totaal niet herinneren!

Wat ik nog wel weet is dat de VPNI een interessante en dynamische sector vertegenwoordigt waarin nu heel veel speelt en waar ook veel van wordt verwacht.

Het Klimaatakkoord ligt er, u was een belangrijke speler aan de tafels. Nu gaat er om die afspraken waar te maken. En dat vraagt inderdaad veel van deze sector.
Ik begrijp helemaal dat u het glas als half-vol zie; ik zie daar vooral ook een positieve houding in die ik graag omarm!

Twintig jaar! Zolang bestaat de VNPI ongeveer. Ik kwam in mijn stukken nog de kop van het persbericht van uw eerste lustrum tegen. Ik citeer: ‘Benzine en diesel komende 30 jaar de belangrijkste brandstoffen.’ Dat was dus in 2004. [helemaal niet conservatief! J). 2004 plus 30 jaar is 2034. Nog 14 jaar dus.

Echter:

  • er was toen nog niet voorzien dat we 10 jaar later landelijke afspraken zouden maken dat alle bussen in 2030 zero-emissie zijn. Het einde van de dieselbus-periode.

  • Ook was niet voorzien dat we 15 jaar later een klimaatakkoord zouden afsluiten waarin we afspreken dat we de CO2-uitstoot van ons vervoer in 11 jaar tijd gaan verminderen met zo’n 7 Megaton.  

  • Of dat we zouden streven naar een volledig circulair economie in 2050 en al in 2030 mikken op 50% minder grondstoffenverbruik.

Het geeft de dynamiek en urgentie van onze tijd aan waarin de aanpak van de klimaatcrisis een van de grootste uitdagingen is.

Ik moest in dat opzicht denken aan een uitspraak van Nobelprijswinnaar Paul Crutzen: ‘Wij leven in het antropoceen.’ De mens is nu de bepalende maat. Sterker dan een meteoriet. Het positieve daarvan is dan ook: we hebben het deels zelf nog in de hand.

Daar sluit ik me graag bij aan.
Wij hebben uw inzet heel hard nodig voor veel maatschappelijke vraagstukken die nu dominant zijn. Kortgezegd: een klimaatneutrale wereld, veilig en circulair – afval is grondstof. Dat is waar we op koersen. Dat is waar uw inzet voor nodig is.

Wat de circulaire economie betreft zeg ik wel eens dat we onze grondstoffen in de toekomst niet meer uit een olievat halen maar uit een vuilniszak…

Ik weet niet of ik me met die uitspraak in dit gezelschap héél populair maak… J

Maar u begrijpt de bedoeling erachter.

En er gebeurt op dat vlak nu heel veel. We zien heel veel nieuwe kennis en combinaties opkomen.
Een start-up als Ioniqa heeft bijvoorbeeld nieuwe technologie ontwikkelt om PET-flessen te recyclen – ze is daarmee zelfs net uitgeroepen tot nationaal icoon! Een grote speler als CocaCola stapt in.

Ook is het straks mogelijk om foodgrade plastic verpakkingen te maken uit plastic afval. Dankzij chemisch recycling!
Dit was enkele jaren geleden volstrekt ondenkbaar.

Daar willen we toch naartoe?
De kringloop echt sluiten: dat is toch ook wat u wilt?

Dat plastic niet meer in het milieu komt en dat wij als producenten, retailers en consumenten de waardevolle materialen als vanzelfsprekend weer opnieuw gebruiken?

Zeker op het gebied van chemisch recycling kunt u het verschil maken, met kennis, met investeringen!

Om aan dit proces een boost te geven gaan we op 5 december een green deal plastic recycling tekenen, met ook partijen uit uw sector.  

Ik zet me waar mogelijk in om de markt voor recyclaat te vergroten.
Daarom ben ik heel blij dat we in het voorjaar een Europees plastic pact kunnen tekenen. Recyclaat wordt het nieuwe normaal in veel producten.

Ook in veel andere opzichten zijn we op weg naar het nieuwe normaal! Zeker op het gebied van mobiliteit gaan we naar andere standaarden.

Nederland is en blijft een land van logistiek en transport. Ook in 2050. Maar dan zonder uitstoot van CO2. Dat is de ambitie.

We zijn volop met de uitvoering van het klimaatakkoord bezig. Eén belangrijke stap is dat we onomkeerbare stappen zetten naar elektrisch vervoer.
Maar elektrisch is nu nog niet het nieuwe normaal. We hebben dus voorlopig ook  veel andere maatregelen nodig waar u een belangrijke rol bij speelt.
Zoals de overschakeling naar duurzame biobrandstoffen.
 

Niks nieuws eigenlijk… Vraag: weet u wie er al mee begon?

[Rudolf Diesel liet zijn motoren eind 19e eeuw al draaien op biodiesel – olie uit pinda’s onder andere]  

We zijn dus nu aan de revival van de biobrandstof begonnen.
Maar dan heb ik het wel over de ontwikkeling van innovatieve biobrandstoffen. Want biobrandstoffen hebben alleen zin als ze onder de streep ook winst opleveren voor het klimaat.

Daarom stellen we wel eisen: aan duurzaamheid, aan fraudegevoeligheid, aan efficiency. En ik denk dat we bio dáár moeten inzetten waar de minste alternatieven zijn. Ook dat is hoogwaardig.

We zetten niet alleen in op bio. Zero-emissie is onze doelstelling, los van welke techniek.  
Waterstof is dan ook bij dit alles belangrijk.
Niet alleen voor onze mobiliteit, maar ook voor de industrie, gebouwde omgeving, energie. Het is essentieel voor het halen van onze klimaatdoelen. Daarom ben ik samen met mijn collega van EZK bezig met een kabinetsvisie waterstof.

Mede dankzij uw kennis en ervaring met waterstof is Nederland internationaal één van de koplopers. Om tot een echte doorbraak te komen zijn er in mijn ogen twee sprongen nodig:
Eerste sprong is efficiency.

Wij weten allemaal dat waterstof een middel is om energie te dragen. De efficiency moet dus omhoog, en de kosten omlaag.
Bij wind op zee is dat goed gelukt. Dus ik daag u uit om met ons dezelfde curve te realiseren.
Tweede sprong is schaal.

Want de cri de coeur die we nu overal horen in de wereld van waterstof is: ‘We need scale!’. Er is schaal nodig om tot een doorbraak te komen.

Daarom is het goed om te leren van andere landen. Zoals Duitsland waar onder andere Shell fors heeft geïnvesteerd in tankstations. Maar het ontbreekt nog aan voldoende afnemers.

Daarom is mijn oproep: zoek partners, laat weten dat je wilt investeren in waterstof, ga aan de slag met slimme coalities in de regio, bijvoorbeeld met provincies, om ervoor te zorgen dat er ook afnemers zijn.

Noord Nederland is wat dat betreft een goed voorbeeld, waar met hulp van de Europese Commissie, overheden, bedrijfsleven, inclusief het MKB, en de kennissector waterstof een enorme vlucht neemt. Niet voor niets is de regio door Europa onderscheiden als  dé Europese 'Hydrogen Valley' of waterstofregio.

De basis voor dit alles is veiligheid.

Nederland heeft een grote sterke petrochemische industrie in een zeer dichtbevolkt klein land. We stellen daarom zeer hoge eisen aan veiligheid.

Op dat punt heb ik gemengde gevoelens.

Ik zie dat er goed wordt samengewerkt in bijvoorbeeld het programma Duurzame Veiligheid. Waardering voor de inzet van de directeur VNPI hierbij die het onderwerp duurzaam assetmanagement trekt, onder andere met een nulmeting over de stand van de installaties. Goed te weten dat de kwaliteit van de installaties goed is en zelfs verjongd is. Dat is toch de basis waarin we moeten blijven investeren.

Toch vinden nog teveel incidenten of bijna incidenten plaats. Ik zie dat er bijvoorbeeld nog te weinig geleerd wordt van elkaars bijna-incidenten.
Terwijl we allemaal vinden dat we met veiligheid niet kunnen concurreren!

Dit vraagt om een structurele aanpak. Veiligheid moet volledig in het DNA van de petrochemie zitten. Daarom een nieuwe aanpak, een nieuw hoofdstuk.  
Met alle partijen willen we structureel gaan samenwerken in de Safety Delta Nederland.

Onze ambitie is dat Nederland niet alleen op het gebied van water de veiligste delta van de wereld is, maar ook op het gebied van petrochemie.
Op 5 december willen we hiervoor met alle partijen overeenstemming bereiken, zodat we in mei volgend jaar de Safety Delta Nederland kunnen lanceren. 

Ik weet dat de VNPI veiligheid hoog in het vaandel heeft staan; ik reken op u op 5 december! [We doen het op rijm en op tijd in verband met pakjesavond..]

Daarmee sluit ik af.

Het is een zeer dynamische tijd die veel van de sector vraagt.

Ik zie u als hele stevige bondgenoten om ons land schoon, veilig en klimaatneutraal te maken.

Op veel punten werken we goed met elkaar samen.

Er zijn mensen die wel eens beweren dat de VNPI conservatief is: wat een onzin! J Ik zie volop progressie in de juiste richting.

Het glas is misschien nu nog half-vol. Laten we dan samen toewerken naar het volle glas! Dank u wel.

 

 

 

Afbeeldingen

X (voorheen Twitter)

 

Nieuws IenW

Welkom bij het nieuwsplatform van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Hier vind je persberichten, toespraken en optredens.

Volg ons via

        Logo Facebook

 
Cookie-instellingen